De structuur van het trapeziumvormige bot vormt een stevig, stationair gewricht met de tweede middenhandsbeentje basis. Het trapezium heeft de vorm van een wig. De zijde van het bot die zich het dichtst bij de achterkant van de hand bevindt, dorsaal genoemd, is breder dan de palmzijde van het bot, beschreven als palmair. Het is het minst vaak gewonde carpale bot. De structuur van het trapezium plaatst het in een beschutte positie. De trapezium is dorsaal twee keer breder dan palmair. Het is aangetoond dat het trapezium geen interne anastamosen heeft, maar verschillende bronnen van bloedtoevoer heeft. Axiale kracht die wordt uitgeoefend op de tweede metacarpale basis, kan ervoor zorgen dat de trapeziumvormige botstructuur gewond raakt of zelfs breekt. Mensen met trapeziumfracturen hebben de neiging om pijn aan de basis van het tweede middenhandsbeentje te beschrijven. Dit kan leiden tot zwelling van de pols en een verminderd bewegingsbereik. Standaardbehandeling is nog niet beschikbaar omdat trapeziumfracturen zeldzaam zijn. Soms zal een arts echter aanbevelen om een klein stukje trapezium te verwijderen. In andere gevallen kunnen trapeziumfracturen open reductie en interne fixatie inhouden.