De halfcirkelvormige kanalen maken deel uit van het binnenoor.
Ze zijn bekleed met trilharen (microscopisch kleine haartjes) en gevuld met een vloeibare substantie, bekend als endolymfe. Elke keer dat het hoofd beweegt, beweegt de endolymfe de trilhaartjes. Dit werkt als een soort bewegingssensor, omdat de bewegingen van de trilharen worden gecommuniceerd naar de hersenen. Hierdoor weten de hersenen hoe ze het lichaam in balans moeten houden, ongeacht de houding.
De halfcirkelvormige kanalen van elk oor bevatten drie hoofdonderdelen: anterieure, posterieure en horizontale kanalen. Elk van deze kanalen biedt een apart gevoel van directionele balans, en elk kanaal aan de linkerkant is altijd gepaard met een kanaal aan de rechterkant voor normaal functioneren. Het voorste kanaal detecteert bewegingen van het hoofd naar voren en naar achteren, zoals knikken. Het achterste kanaal detecteert het kantelen van het hoofd alsof het hoofd naar de schouders kantelt. Het horizontale kanaal detecteert horizontale bewegingen van het hoofd, zoals het heen en weer draaien van het hoofd.
Schade of letsel aan de halfcirkelvormige kanalen kan tweeledig zijn. Als een van de drie afzonderlijke paren niet werkt, kan een persoon zijn evenwichtsgevoel verliezen. Gehoorverlies kan ook het gevolg zijn van eventuele schade aan deze halfcirkelvormige kanalen.